Liturgie

Kerstnachtdienst 24 december 2025

m.m.v. Gospelkoor Sjir El Shaddai

Aanvang 21:00 uur
Een dienstvullend programma te Munnekezijl

https://sjirelshaddai.nl/

Liturgie 25 december 2025 - 1e Kerstdag


Liturgie 1e Kerstdag 25 december 2025, Munnekezijl


Inloop vanaf 10:30 uur
Aanvangstijd: 11:00 uur
Voorganger: Mw. José Kruize uit Oudeschip
Oppas: Anje 
Koffie verzorgd door: Klaas en Durkje
Organist: Johan Kramer

Mededelingen kerkenraad

 

Zingen: Komt allen tezamen

Komt allen tezamen, jubelend van vreugde,

komt nu, o komt nu naar Bethlehem.

Ziet nu de Vorst der eng'len, hier geboren,

komt laten wij aanbidden,

die koning.

 

De hemelse eng'len,

riepen eens de herders,

weg van de kudde naar 't schamel dak.

Spoeden ook wij ons met eerbiedige schreden.

Komt, laten wij aanbidden,

die koning.

 

O kind, ons geboren,

liggend in de kribbe,

neem onze liefd' in genade aan!

U, die ons liefhebt, U behoort ons harte!

Komt, laten wij aanbidden,

die koning.

 

Bemoediging en groet


Voorganger:  Een kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven;
de heerschappij rust op Zijn schouders. Deze namen zal Hij dragen:
Wonderbare Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst.

In dat Licht komen wij samen.

Voorganger:  Onze hulp is in de naam van de Heer

Gemeente: Die de hemel en de aarde gemaakt heeft.

Die trouw blijft tot in eeuwigheid.

Voorganger: Die God, die ons Zijn Zoon gegeven heeft,

Gemeente: Komt ons tegemoet met Zijn vrede.

Voorganger: Zijn licht omgeeft ons, vandaag en tot in eeuwigheid.

Gemeente: Amen

 

Zingen: Eer zij God in onze dagen (Staande)

Eer zij God in onze dagen,
eer zij God in deze tijd.
Mensen van het welbehagen,
roept op aarde vrede uit.
Gloria in excelsis Deo,
gloria in excelsis Deo.

Eer zij God die onze Vader
en die onze Koning is.
Eer zij God die op de aarde,
naar ons toe gekomen is.
Gloria in excelsis Deo,
gloria in excelsis Deo.

Lam van God, Gij hebt gedragen,
alle schuld tot elke prijs,
geef in onze levensdagen,
peis en vreê kyrieleis.
Gloria in excelsis Deo,
gloria in excelsis Deo.

 

Bidden


 Licht ® Aansteken van een kaars


Jesaja 9:1-6

Het volk dat in duisternis ronddoolt, ziet een schitterend licht.

Zij die in het donker wonen, worden door een helder licht beschenen.

2 U hebt het volk weer groot gemaakt,, diepe vreugde gaf U het, blijdschap als de vreugde bij de oogst, zij jubelen als bij het verdelen van de buit.

3 Het juk dat op hen drukte, de stok op hun schouder, de staf van de drijver, U hebt ze verbrijzeld, zoals Midjan destijds.

4 Iedere laars die dreunend stampte, en elke mantel die doordrenkt is van bloed, ze worden verbrand, ze vallen ten prooi aan het vuur.

5 Een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven; de heerschappij rust op zijn schouders. Deze namen zal hij dragen: Wonderbare raadsman, Sterke God, Eeuwige vader, Vredevorst.

6 Groot is de heerschappij en zonder einde de vrede voor de troon van David en voor zijn koninkrijk; ze zijn gegrondvest op recht en gerechtigheid en staan vast voor altijd en eeuwig. De HEER van de hemelse machten brengt dit in zijn vurige liefde tot stand.

 

Overdenking 1

 

Zingen: Een kind is ons geboren

Doek ® God wordt tastbaar

Lucas 2:1-7

In die tijd kondigde keizer Augustus een decreet af dat alle inwoners van het rijk zich moesten laten inschrijven. 2Deze eerste volkstelling vond plaats tijdens het bewind van Quirinius over Syrië. 3Iedereen ging op weg om zich te laten inschrijven, ieder naar de plaats waar hij vandaan kwam. 4-5Ook Jozef ging op weg om zich te laten inschrijven. Samen met Maria, zijn aanstaande vrouw, die zwanger was, reisde hij van de stad Nazaret in Galilea naar Judea, naar de stad van David die Betlehem heet, aangezien hij van David afstamde. 6Terwijl ze daar waren, brak de dag van haar bevalling aan, 7en ze bracht een zoon ter wereld, haar eerstgeborene. Ze wikkelde Hem in doeken en legde Hem in een voederbak, omdat er voor hen geen plaats was in het gastenverblijf.

 

Overdenking 2

 

Zingen: Komt, verwondert u hier, mensen (Liedboek 478)

1. Komt, verwondert u hier, mensen,
ziet, hoe dat u God bemint,
ziet vervuld der zielen wensen,
ziet dit nieuwgeboren kind !
Ziet, die 't woord is, zonder spreken,
ziet, die vorst is, zonder pracht,
ziet, die 't al is, in gebreken,
ziet, die 't licht is, in de nacht,
ziet, die 't goed is, dat zo zoet is,
wordt verstoten, wordt veracht.

2. Ziet, hoe dat men met Hem handelt,
hoe men Hem in doeken bindt,
die met zijne godheid wandelt
op de vleugels van de wind.
Ziet, hoe ligt Hij hier in lijden
zonder teken van verstand,
die de hemel moet verblijden,
die de kroon der wijsheid spant.
Ziet, hoe tere is de Here,
die 't al draagt in zijne hand.


Stro ® God komt in het gewone

 

Overdenking 3

 

Zingen: Komt, verwondert u hier, mensen (Liedboek 478)

3. Die de hemel heeft geschapen
en versiert het firmament,
moet hier in een kribbe slapen,
wordt in hooi en stro gewend.
Die de schone serafijnen
altijd heeft tot zijn gebod,
heeft de beesten als de zijnen,
laat zich steken in dit kot,
in de doeken, in de hoeken
van dit huisken zonder slot.

4. O Heer Jesu, God en mense,
die aanvaard hebt deze staat,
geef mij, wat ik door U wense,
geef mij door uw kindsheid raad.
Sterk mij door uw tere handen,
maak mij door uw kleinheid groot,
maak mij vrij door uwe banden,
maak mij rijk door uwe nood,
maak mij blijde door uw lijden,
maak mij levend door uw dood!

 

De herders ® God roept eenvoudige mensen

Lucas 2:8-16

8Niet ver daarvandaan brachten herders de nacht door in het veld, ze hielden de wacht bij hun kudde. 9Opeens stond er een engel van de Heer bij hen en werden ze omgeven door de stralende luister van de Heer, zodat ze hevig schrokken. 10De engel zei tegen hen: ‘Wees niet bang, want ik kom jullie goed nieuws brengen dat grote vreugde betekent voor heel het volk: 11vandaag is in de stad van David jullie redder geboren. Hij is de messias, de Heer. 12Dit zal voor jullie het teken zijn: jullie zullen een pasgeboren kind vinden dat in doeken gewikkeld in een voederbak ligt.’ 13En plotseling voegde zich bij de engel een groot hemels leger dat God prees met de woorden:

14‘Eer aan God in de hoogste hemel

en vrede op aarde voor de mensen die Hij liefheeft.’

15Toen de engelen waren teruggegaan naar de hemel, zeiden de herders tegen elkaar: ‘Laten we naar Betlehem gaan om met eigen ogen te zien wat er gebeurd is en wat de Heer ons bekend heeft gemaakt.’ 16Ze gingen meteen op weg, en troffen Maria aan en Jozef en het kind dat in de voederbak lag.

 

Overdenking 4

 

Zingen: Kerstnacht boven Bethlehem

Ster ® God laat zich vinden (De wijzen)


Mattheus 2:1-12

1Toen Jezus geboren was, in Betlehem in Judea, tijdens de regering van koning Herodes, kwamen er magiërs uit het Oosten in Jeruzalem aan. 2Ze vroegen: ‘Waar is de koning van de Joden die onlangs geboren is? Wij hebben namelijk zijn ster zien opgaan en zijn gekomen om Hem te aanbidden.’ 3Koning Herodes schrok hevig toen hij dit hoorde, en heel Jeruzalem met hem. 4Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk samen om aan hen te vragen waar de messias geboren zou worden. 5‘In Betlehem in Judea,’ zeiden ze tegen hem, ‘want zo staat het geschreven bij de profeet: 6“En jij, Betlehem in het land van Juda, bent zeker niet de minste onder de leiders van Juda, want uit jou komt een leider voort die mijn volk Israël zal hoeden.”’ 7Daarop riep Herodes in het geheim de magiërs bij zich; hij wilde precies van hen weten wanneer de ster zichtbaar geworden was, 8en stuurde hen vervolgens naar Betlehem met de woorden: ‘Stel een nauwkeurig onderzoek in naar het kind. Stuur mij bericht zodra u het gevonden hebt, zodat ook ik erheen kan gaan om het te aanbidden.’ 9Nadat ze de koning hadden aangehoord gingen ze op weg, en nu ging de ster die ze hadden zien opgaan voor hen uit, totdat hij stil bleef staan boven de plaats waar het kind was. 10Toen ze de ster zagen, werden ze vervuld van diepe vreugde. 11Ze gingen het huis binnen en vonden het kind met Maria, zijn moeder. Ze wierpen zich in aanbidding voor het kind neer. Daarna openden ze hun kistjes met kostbaarheden en boden het geschenken aan: goud en wierook en mirre. 12En omdat ze in een droom de aanwijzing hadden gekregen dat ze niet naar Herodes terug moesten gaan, reisden ze via een andere route terug naar hun land.

 

Overdenking 5

 

Zingen: Wij trekken in een lange stoet (Lied 506)

Wij trekken in een lange stoet

op weg naar Bethlehem,

wij gaan uw koning tegemoet,

o stad Jeruzalem!

Gezegend die zijn komst begroet

en knielen wil voor hem!

Wij loven U, koning en Heer, koning

en Heer, wij loven U, koning en Heer!

 

Al bent U nu nog maar een kind,

zo hulpeloos en klein,

wij weten dat het rijk begint

waarvan U Heer zult zijn,

een rijk waarin de vrede wint

van oorlog en van pijn.

Wij loven U, koning en Heer, koning

en Heer, wij loven U, koning en Heer!

 

Al gaat de vijand in het rond,

de koning van het kwaad.

Al dreigt hij met zijn grote mond

dat hij U eens verslaat,

straks ligt hij dodelijk gewond

wanneer zijn rijk vergaat.

Wij loven U, koning en Heer,

koning en Heer,

wij loven U, koning en Heer!

 

Wij gaan op weg naar Bethlehem,

daar ligt Hij in een stal,

die koning in Jeruzalem

voor eeuwig wezen zal!

Laat klinken dan met luider stem

en blij bazuingeschal:

wij loven U, koning en Heer, koning

en Heer, wij loven U, koning en Heer!


Bidden

 

Collecte

 

Zingen

 

Zegen

 

Zingen: Ere zij God

Ere zij God
Ere zij God
In de hoge, in de hoge, in de hoge
Vrede op aarde, vrede op aarde
In de mensen een welbehagen.

Ere zij God in de hoge
Ere zij God in de hoge
Vrede op aarde, vrede op aarde
Vrede op aarde, vrede op aarde
In de mensen, in de mensen een welbehagen
In de mensen een welbehagen, een welbehagen

Ere zij God
Ere zij God
In de hoge, in de hoge, in de hoge
Vrede op aarde
Vrede op aarde
In de mensen een welbehagen.
Amen, amen

terug

Liturgie Ochtenddienst 28 december 2025

 

Inloop vanaf 10:30 uur 
Aanvangstijd: 11:00 uur 
Voorganger: Ds. G. Timmer uit Kollum
Oppas Trea
Koffie verzorgd door: familie Zuidema
Organist: Onno Zuidema

Woord van welkom

 

Intochtslied: Evangelische Liedbundel 109: 1, 2, 3 en 4 (Al wie dolend in het donker)

1       Al wie dolend in het donker,

in de holte van de nacht

en verlangend naar een wonder

op de nieuwe morgen wacht:

vrijheid wordt aan u verkondigd

door een koning zonder macht.

 

2       Onze lasten zal Hij dragen,

onze onmacht totterdood,

geeft als antwoord op ons vragen

ons Zichzelf als levensbrood

Nieuwe vrede zal er dagen,

liefde straalt als morgenrood.

 

3       Tot de groten zal Hij spreken,

even weerloos als een lam.

het geknakte riet niet breken,

Hij bewaakt de kleine vlam.

Hoor en zie het levend teken

van een God die tot ons kwam.

 

4       Dor en droog geworden aarde

 die om dauw en regen vraagt

 dode mens die snakt naar adem

 wereld die om toekomst vraagt:

 zie mijn Zoon, de nieuwe Adam

 die mijn welbehagen draagt

 

Stil gebed, bemoediging en groet

 

Lied Psalm 118: 1 en 8 (Laat ieder ’s Heren goedheid prijzen)

1       Laat ieder 's Heeren goedheid prijzen,

zijn liefde duurt in eeuwigheid.

Laat, Israël, uw lofzang rijzen:

Zijn liefde duurt in eeuwigheid.

Dit zij het lied der priesterkoren:

Zijn liefde duurt in eeuwigheid.

Gij, die den Heer vreest, laat het horen:

Zijn liefde duurt in eeuwigheid.

 

8       De steen, dien door de tempelbouwers

verachtlijk was een plaats ontzegd,

werd tot verbazing der beschouwers

ten hoeksteen door God zelf gelegd.

Dit werk is door Gods alvermogen,

door 's Heeren hand alleen geschied.

Het is een wonder in onz' ogen.

Wij zien het, maar doorgronden 't niet.

 

Gebed

 

Lezen uit de Bijbel: Romeinen 5: 12-21 (NBV)

12 Daarom, zoals door één mens de zonde in de wereld is gekomen en door de zonde de dood, en de dood voor ieder mens is gekomen omdat ieder mens heeft gezondigd ... 13 Inderdaad, de zonde was al in de wereld voordat de wet er was; alleen, zonder wet wordt er van de zonde geen rekening bijgehouden. 14 Toch heerste de dood in de tijd van Adam tot Mozes over alle mensen, ook al zondigden zij niet zoals Adam door een gebod te overtreden. Nu is Adam de voorafbeelding van Hem die komen zou. 15 Maar de genade reikt verder dan de overtreding: als door de overtreding van één mens alle mensen moesten sterven, is het des te zekerder dat de genade van God, het geschenk dat we danken aan die ene mens, Jezus Christus, aan alle mensen overvloedig geschonken wordt. 16 Dit geschenk gaat het gevolg van de zonde van één mens verre te boven, want die ene overtreding heeft tot veroordeling geleid, maar de genade die na talloze overtredingen geschonken werd, tot vrijspraak. 17 Als de dood kon gaan heersen door de overtreding van één mens, is het des te zekerder dat allen die de genade en de vrijspraak in zo’n overvloed hebben ontvangen, zullen heersen in het eeuwige leven, dankzij die ene mens, Jezus Christus.

18 Kortom, zoals de overtreding van één enkel mens ertoe heeft geleid dat allen werden veroordeeld, zo zal de rechtvaardigheid van één enkel mens ertoe leiden dat allen worden vrijgesproken en daardoor zullen leven. 19 Zoals door de ongehoorzaamheid van één mens alle mensen zondaars werden, zo zullen door de gehoorzaamheid van één mens alle mensen rechtvaardigen worden. 20 En later is de wet erbij gekomen, zodat de overtredingen toenamen; maar waar de zonde toenam, werd de genade alleen maar overvloediger. 21 Want zoals de zonde heeft geheerst en tot de dood heeft geleid, zo moest door de vrijspraak de genade heersen en tot het eeuwige leven leiden, dankzij Jezus Christus, onze Heer.

 

Lied via de beamer: Opwekking 599 (Kom tot de Vader)

Verkondiging

 

Lied 475: 1, 2 en 3 (Ik mag hier aan uw kribbe staan)

Ik mag hier aan uw kribbe staan,

Heer Jezus, licht en leven.

Ik draag U als geschenken aan

wat Gij mij hebt gegeven.

U zij mijn hart en ziel gewijd,

mijn geest, mijn zin, mijn innigheid.

O, neem ze aan als gaven.

 

Voor ik als kind ter wereld kwam,

zijt Gij voor mij geboren.

Eer ik een woord van U vernam,

hebt Gij mij uitverkoren.

Voordat uw hand mij heeft gemaakt,

werd Gij een kindje, arm en naakt,

hebt Gij U mij gegeven.

 

Te midden van de nacht des doods

zijt Gij, mijn zon, verrezen

O zonlicht, mild en mateloos

uw gloed heeft mij genezen.

O zon, die door het donker breekt

en 't ware licht in mij ontsteekt:

Hoe heerlijk zijn uw stralen!

 

Apostolische Geloofsbelijdenis (door voorganger gelezen)

 

Lied via de beamer: Opwekking 575 (Jezus alleen)

Dankgebed en voorbeden

 

Inzameling van de gaven

 

Slotlied 864: 1 en 5 (Laat ons de Heer lofzingen)

1       Laat ons de Heer lofzingen,

juicht, al wie bij Hem hoort!

Hij zal met trouw omringen

wie steunen op zij woord.

Al moet ge hier ook dragen

veel duisternis en dood,

gij hoeft niet te versagen,

Hij redt uit alle nood.

 

5       Daarom lof zij de Here,

in wie ons heil bestaat,

Hem die ons toe wou keren

zijn liefelijk gelaat.

Hij moge ons behoeden,

elkander toegewijd,

en schenke ons al 't goede

nu en in eeuwigheid.

 

Zegen

Terug