Liturgie

Liturgie  26 oktober 2025


Liturgie zondag 2 november 2025

Thema van de dienst: Wat zal ik doen?

 

Inloop vanaf 10:30 uur 
Aanvangstijd: 11:00 uur 
Voorganger: Da. G. Rol uit Zuidhorn
Oppas (Trea)
Koffie verzorgd door: Sjoerd en Hammie
Organist: Piet van Zuiden

met Kindernevendienst

Lied voor de dienst: Dit is een tijd van kleurenpracht  (melodie lied 834)

Dit is een tijd van kleurenpracht,

nu na de zomer ’t najaar wacht.

Al wat er groeide in de tijd

heeft God tot nieuwe oogst bereid.

 

Nu komt de herfst, verstild het al,

maar vruchten zijn er zonder tal.

Zo geeft Gij ons in overvloed

Uw liefde die ons leven doet.

 

Mogen wij rijk, gezegend zijn,

door al Gods gaven groot en klein.

Leven wij zo met dankbaarheid,

de weg die naar de vrede leidt.

 

Veelkleurig is de liefde Gods,

zo stoer en stevig als een rots,

om op te bouwen ons bestaan,

raakt Gij ons met genade aan.

 

Welkom en mededelingen

 

Intochtslied: psalm 145: 1 en 3

1       O Heer, mijn God, Gij koning van 't heelal,

ik wil uw naam verheffen boven al.

Van dag tot dag roem ik uw majesteit,

ik zegen U voor eeuwig en altijd.

Groot is de Heer, zijn grootheid zij geprezen,

groot is zijn naam, zijn ondoorgrondlijk wezen.

Van mond tot mond gaan uw geduchte daden,

van eeuw tot eeuw slaat men uw werken gade.

 

2       Ik zal getuigen van uw heerlijk licht,

van al de wondren die Gij hebt verricht,

opdat men alom spreke van uw kracht,

en roeme in uw overwinningsmacht.

Uw grootheid, Heer, gaat boven mijn begrippen,

uw goedheid, Heer, is altijd op mijn lippen

en juichend zal men overal bezingen

uw recht, o Heer, uw trouw aan stervelingen.


Bemoediging en groet

 

Kyrië gebed

 

Glorialied: lied 726: 6

6       God uit God, Gij eerstgeboren

licht uit licht, o zonneschijn,

in wiens lichaam uitverkoren

heiligen slechts heilig zijn,

schenk ons leven uit uw bronnen;

door uw adem aangeraakt

zingen wij tot Vader, Zoon en

heilige Geest die levend maakt.

 

Leefregel


Kinderen gaan naar de kindernevendienst

 

Gebed om Gods Geest

 

Eerste lezing: Prediker 2: 22-24

22 Welk voordeel heeft de mens van alles wat hij moeizaam heeft verworven? Hij jaagt het na en zwoegt ervoor onder de zon, 23 maar alle dagen van zijn leven brengen hem verdriet, alles wat hij onderneemt brengt hem niets dan smart. Zelfs ’s nachts vindt hij geen rust. Ook dat is leegte. 24 Het is daarom nog maar het beste voor een mens dat hij zich aan eten en drinken tegoed doet en volop geniet van alles wat hij moeizaam heeft verworven. En ook dat, zo heb ik ingezien, is in de hand van God.

 

Zingen: gezang 465: 1 en 2

1       Van U zijn alle dingen,

van U, o God en Heer,

van U de zegeningen

die 'k biddende begeer.

Gij wilt mijn weg omringen

met liefde wijs en teer.

Wat wij ooit goeds ontvingen,

het is van U, o Heer.

 

2       Nog voor wij U iets vragen,

voorkomt Gij ons gebed.

Gij hebt aleer wij klagen,

op onze nood gelet.

Gij helpt de last ons dragen,

Gij steunt bij elke tred,

zelfs bij de zwaarste plagen

zijt Gij de God die redt.

 

Tweede lezing: Lucas 12:13-21

13 Iemand uit de menigte zei tegen Hem: ‘Meester, zeg tegen mijn broer dat hij de erfenis met mij moet delen!’ 14 Maar Jezus antwoordde: ‘Wie heeft Mij als rechter of bemiddelaar over jullie aangesteld?’ 15 Hij zei tegen hen: ‘Pas op, hoed je voor iedere vorm van hebzucht. Want ook al heeft een mens nog zoveel, zijn leven bezit hij niet.’ 16 En Hij vertelde hun de volgende gelijkenis: ‘Het landgoed van een rijke man had veel opgebracht, 17 en daarom vroeg hij zich af: Wat moet ik doen? Ik heb geen ruimte om mijn voorraden op te slaan. 18 Toen zei hij bij zichzelf: Wat ik zal doen is dit: ik breek mijn schuren af en bouw grotere, waar ik al mijn graan en goederen kan opslaan, 19 en dan zal ik tegen mezelf zeggen: Je hebt veel goederen in voorraad, genoeg voor vele jaren! Neem rust, eet, drink en vermaak je. 20 Maar God zei tegen hem: “Dwaas, nog deze nacht zal je leven van je worden teruggevorderd. Voor wie zijn dan de schatten die je hebt opgeslagen?” 21 Zo vergaat het iemand die schatten verzamelt voor zichzelf, maar niet rijk is bij God.’

 

Zingen: Hemelhoog 395 Ik wil jou van harte dienen 1 t/m 5

1       Ik wil jou van harte dienen

en als Christus voor je zijn.

Bid dat ik genade vind, dat jij er ook voor mij zult zijn.

 

2       Wij zijn onderweg als pelgrims,

vinden bij elkaar houvast.

Naast elkaar als broers en zusters, dragen wij elkanders last.

 

3       Ik zal Christus' licht ontsteken

als het duister jou omvangt

Ik zal jou van vrede spreken, waar je hart naar heeft verlangd.

 

4       Ik zal blij zijn als jij blij bent,

huilen om jouw droefenis,

al mijn leeftocht met je delen, tot de reis ten einde is.

 

5       Dan zal het volmaakte komen

als wij zingend voor Hem staan

als Christus’ weg van liefde en van lijden zijn gegaan.

 

Overdenking

 

We luisteren of zingen mee: Tienduizend redenen tot dankbaarheid

Gebeden

 

Kinderen komen terug


Collecte

 

Slotlied: gezang 44: 1,2 en 3

1       Dankt, dankt nu allen God,

met hart en mond en handen.

Die grote dingen doet,

hier en in alle landen.

Die ons van kindsbeen aan,

ja, van de moederschoot,

Zijn vaderlijke hand

en trouwe liefde bood.

 

2       Die eeuwig rijke God

moge ons reeds in dit leven

een vrij en vrolijk hart

en milde vrede geven.

Die uit genade ons

behoudt te allen tijd,

is hier en overal

een helper die bevrijdt.

 

3       Lof, eer en prijs zij God,

die troont in 't licht daarboven.

Hem, Vader, Zoon en Geest,

moet heel de schepping loven.

Van Hem, de ene Heer,

gaf het verleden blijk,

het heden zingt Zijn eer,

de toekomst is Zijn rijk.

 

Zegen

terug